3. Paragrafen

3.2 Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Kengetallen

Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeente (BBV) schrijft voor dat gemeenten een aantal kengetallen in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van de begroting en de jaarstukken opnemen. Dat zijn: de netto schuldquote, de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, de solvabiliteitsratio, de structurele exploitatieruimte, de grondexploitatie en de belastingcapaciteit. De kengetallen maakt het de gemeenteraad gemakkelijker om inzicht te krijgen in de financiële positie van de gemeente.

In het BBV zijn geen te behalen minimum of maximum waarden opgenomen. Wel heeft de provincie Noord Holland, als financieel toezichthouder, zogenaamde signaleringswaarden gedefinieerd. Deze signaleringswaarden moeten worden gezien als een hulpmiddel om het risico per kengetal in te schatten. De provincie onderscheidt drie categorieën, namelijk A: minst risicovol, B: gemiddeld risico en C: meest risicovol.

Netto schuldquote
De netto schuldquote geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast ten opzichte van de eigen middelen. Het geeft zodoende een indicatie in welke mate de rentelasten en aflossingen op de exploitatie drukken. De netto schuldquote wordt berekend door de netto schuld conform BBV te delen door de totale baten (exclusief mutaties reserves). 
De netto-schuldquote is laag en daarmee valt hij in de categorie weinig risicovol. Als gevolg van de langlopende leningen die we moeten aantrekken om de investeringen die in de meerjarenbegroting zijn opgenomen te kunnen financieren loopt deze in deze raadsperiode wel op, maar blijft nog steeds binnen een acceptabele bandbreedte.

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Omdat bij leningen onzekerheid kan bestaan of ze allemaal worden terugbetaald, wordt bij de berekening van de netto schuldquote onderscheid gemaakt in het kengetal inclusief en exclusief de doorgeleende gelden. Op die manier wordt duidelijk wat het aandeel van de verstrekte leningen in de exploitatie is en ook wat dat betekent voor de schuldenlast.
De wijze van berekening van de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen is gelijk aan de netto schuldquote, met dien verstande dat bij de financiële activa ook alle verstrekte leningen worden opgenomen.
De toelichting die is gegeven bij de netto schuldquote is ook van toepassing op de netto-schuldquote voor alle verstrekte leningen.

Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin Aalsmeer in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen: het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal.
De solvabiliteitsratio neemt de komende jaren af en classificeert zich vanaf 2026 als een gemiddeld risico. De Provincie geeft als signaalwaarde een percentage van 20%. Nederlandse gemeenten gaan vanwege het artikel 12 vangnet uit de Financiële Verhoudingswet niet failliet en worden nooit geliquideerd. Daarom heeft dit kengetal ondanks deze signaalwaarde maar beperkte waarde. Ook worden investeringen in maatschappelijk nut geactiveerd die niet verkoopbaar zijn, zodat de reserves niet de liquiditeitswaarde weergeven. De vraag of de gemeente de schuld met zijn inkomen kan betalen, is daarom veel belangrijker.

Met ingang van 2024 is in het Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader (GTK) een regeling opgenomen voor de inzet van een surplus binnen de algemene reserve. Dit in verband met de toename van het eigen vermogen van gemeenten als gevolg van incidentele middelen die door het Rijk zijn verstrekt in combinatie met het aanstaande ravijnjaar. Het surplus van de algemene reserve is dat deel dat niet nodig is voor het afdekken van risico’s (weerstandscapaciteit). Van dit vrij besteedbare deel (surplus) kan een gemeente jaarlijks maximaal 10% inzetten voor het dekken van structurele lasten. Met de voorwaarde dat de solvabiliteit groter of gelijk aan 20% is en blijft . Het weerstandsvermogen moet naar het oordeel van de toezichthouder voldoende zijn. Dit betekent dat het moet zijn gebaseerd op een adequate risico-inventarisatie. Door de inzet te koppelen aan zowel de solvabiliteit als het weerstandsvermogen wordt het gebruik van de algemene reserve alleen toegestaan als er voldoende eigen vermogen is en de geïnventariseerde risico’s zijn afgedekt. De ondergrens van 20% voor de solvabiliteit sluit aan bij de signaalwaarde van het financiële kengetal solvabiliteit zoals ook opgenomen in het GTK.

Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal is van belang om te kunnen beoordelen welke structurele ruimte een gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten.
Net als in de begroting 2024 en de jaarstukken 2023 is deze ratio in 2025 positief.

Grondexploitatie
Het financiële kengetal “grondexploitatie” geeft aan hoe groot de grondpositie (boekwaarde) is ten opzichte van de jaarlijkse baten.
De boekwaarde van de gronden geeft weer of een gemeente veel middelen heeft gestopt in haar grondexploitaties. Dit geld moet namelijk nog terugverdiend te worden.
Uit de ontwikkeling van het kengetal wordt zichtbaar dat de gemeente de meeste kosten in de grondexploitaties al heeft gemaakt en verliesvoorzieningen heeft getroffen en daardoor geen risico loopt.

Lokale woonlasten (belastingcapaciteit)
Dit kengetal geeft inzicht in hoe de belastingdruk van de gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Een percentage boven de 100% betekent dat de belastingdruk van Aalsmeer hoger is dan het landelijk gemiddelde. Het Coelo publiceert ieder jaar de totale woonlasten in de Atlas van de lokale lasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB, de rioolheffing en reinigingsheffing voor een woning met gemiddelde waarde in de gemeente.
Door een relatieve daling van de gemiddelde woonlasten 2024 van een gezin ten opzichte van het landelijk gemiddelde is de uitkomst van deze ratio ten opzichte van de jaarstukken licht verbeterd. Een toelichting op de ontwikkeling van de lokale woonlasten is opgenomen in de paragraaf lokale heffingen (lokale lastendruk) van deze begroting.  Omdat nu nog niet in beeld is met hoeveel de woonlasten in Nederland in 2025 gaan stijgen kan hiervoor geen kental worden bepaald.

In de onderstaande tabel worden de kengetallen en de bijbehorende signaleringswaarden getoond. Aalsmeer scoort op het kengetal solvabiliteit en belastingcapaciteit een score B. Op alle andere kentallen scoort Aalsmeer een score A.
Één afzonderlijk kengetal zegt niet alles, maar de kentallen moeten in relatie tot elkaar worden bezien. Als de combinatie een verontrustend beeld geeft kan dit betekenen dat de financiële positie onder druk staat en dat maatregelen noodzakelijk zijn om de situatie te verbeteren. Dit is in Aalsmeer niet het geval. De financiële positie is goed. Wel is een terugloop in de scores te zien. Dat past bij het algehele beeld van de begroting dat de marges smaller worden.

Kengetallen in percentages

A

B

C

Rekening 2023

Begroting 2024

Begroting 2025

Begroting 2026

Begroting 2027

Begroting 2028

1. Netto schuldquote

< 90%

90 - 130%

> 130%

7,9

43

37,90%

54,40%

90,60%

89,50%

2. Gecorrigeerde netto schuldquote

< 90%

90 - 130%

> 130%

3,3

41

33,40%

49,70%

85,50%

84,50%

3. Solvabiliteit

> 50%

20-50%

< 20%

53,8

47

53,20%

49,20%

41,80%

40,40%

4. Grondexploitatie

< 20%

20 - 35%

> 35%

6

4

2,30%

-3,40%

-2,30%

-1,20%

5. Belastingcapaciteit

< 95%

95-105%

> 105%

110,2

109,6

nnb

nnb

nnb

nnb

6. Structurele exploitatieruimte

> 0%

0%

< 0%

7

2,5

6,60%

2,20%

-0,20%

-0,90%

Deze pagina is gebouwd op 11/12/2024 13:25:16 met de export van 11/11/2024 08:09:57