Rente-exploitatie
In het hoofdstuk uitgangspunten van de Kadernota 2025 zijn de uitgangspunten voor het toerekening van de werkelijke rentelasten aan de grondexploitaties en de taakvelden opgenomen.
In afwijking van voorgaande jaren geldt, als gevolg van de notitie rente 2023 van de commissie BBV, voor de toerekening van rente aan grondexploitaties als aan vaste activa een zelfde systematiek: het rente omslagpercentage. Dit percentage wordt bepaald door de rentelasten en rentebaten over de externe financiering te delen door de boekwaarde per 1 januari van de vaste activa en de voorraad grondexploitaties. De rente voor projectfinanciering wordt niet meegenomen in de omslagrente.
Aalsmeer hanteert het systeem van integrale financiering. Dat wil zeggen dat er niet noodzakelijk een direct verband bestaat tussen individuele investeringen en de financiering van deze investeringen.
In de programmabegroting 2025 is een omslagrente gehanteerd van 0,1%.
De rente-exploitatie ziet er als volgt uit:
Renteschema volgens BBV notitie (bedrag x € 1.000) | Begroot |
---|---|
a. De externe rentelasten over de korte en lange financiering | 189 |
b. -/- de externe rentebaten | 90 |
Totaal door te rekenen externe rente | 99 |
c1. -/- De rente die aan de grex moet worden doorberekend | 65 |
c2. -/- De rente van projectfinanciering die aan het taakveld moet worden doorberekend | 0 |
Totaal doorberekende rente (c1 + c2) | 65 |
Aan taakvelden toe te rekenen EXTERNE rente (a t/m c) | 34 |
d1. Rente over eigen vermogen | 0 |
d2. Rente over voorzieningen (gewaardeerd op CW) | 0 |
Totaal aan taakvelden toe te rekenen rente (a t/m d) | 34 |
e. De aan taakvelden toegerekende rente | -99 |
Renteresultaat op het taakveld treasury | -65 |